Mijn kleine blauwe eiland.

Kil en nat herfstweer is terug van nooit ver weg geweest. De zomer wordt weggeblazen en een dekbed van grijze wolken dekt ons toe. Langzaam maar zeker dommelen we in. Eerst nog een schietgebedje om een snelle terugkeer van de eerste zwaluwen af te dwingen. Maar helaas, het zal niet baten.

Het enige wat ons de komende maanden rest, is eindeloos staren naar de fonkeling die het haardvuur teweegbrengt in een goed gevuld wijnglas. Eindeloos wachten op een volgende vakantie… maar waar naartoe… hmm… wijn…zon…hmmm…even denken…Kroatië natuurlijk!

Waar anders? Kroatië en wijn is een huwelijk dat ondertussen meer dan twee en een halve eeuw standhoudt. Een volledig overzicht geven van de Kroatische wijncultuur zou hier te veel ruimte in beslag nemen. Trouwens, het klimaat en de cultuur in Oost Kroatië maakt dat de wijn uit die regio veel dichter aansluit bij de Noord Servische wijncultuur. Een eeuwenoude gemeenschappelijke cultuur laat zich nu eenmaal niet uitwissen door een paar nieuwe kleurvlakjes op de wereldkaart.

Laten we dus maar niet te veel omwegen nemen en onmiddellijk wegdromen van een vakantie op het zonnige eiland Hvar. Op een uurtje varen van Split, de tweede stad van Kroatië, ligt Hvar te zonnen in de Adriatische zee. Druifjes welen er tierig boven een bed van lavendel. Bijen zoemen en aan de horizon waar het eindeloze blauw van lucht en zee elkaar raken, lachen dolfijnen met de zwaartekracht.

Om begrijpelijke redenen dus, koloniseerden de Grieken het eiland in de Vierde eeuw voor Christus. De wijnen van Hvar zagen hun eerste levenslicht. Toen enkele eeuwen later de Romeinen er vakantie hielden werd Pharos omgedoopt tot Pharia. De Slaven maakten er dan weer Hvar van.

Het eiland bloeide eeuwenlang dankzij de wijn- en lavendelproductie tot de phylloxera ook daar alle wijngaarden vernietigde. Een schoolvoorbeeld van een diepgewortelde wijncultuur.
In Tito’s Joegoslavië en zijn collectivisatie primeerde kwantiteit echter boven kwaliteit. Ook de Joegoslavische oorlogen in de jaren negentig waren moordend voor de wijnbouw. Wellicht zijn dit de belangrijkste redenen waarom we deze wijnregio nauwelijks kennen. Maar het bloed kruipt waar het niet gaan kan.

Vandaag brouwt elke bewoner van Hvar met een stukje grond een paar tonnetjes wijn om zichzelf en zijn buren te voorzien van het nodige vocht. Het ganse eiland ligt anno 2012 weer bezaaid met wijngaarden. Inheemse druivenrassen als Plavac Mali, Bogdanjuša, Kuč, Maraština, Darnekusa en Pošip kleuren de flanken van het eiland groen en klimmen razendsnel naar de hoogste wijntoppen. En over flanken en toppen hebben de professionele wijnbouwers de mond vol.“ De hellingsgraad van de bergflanken, de zee als reflectieschild voor de zon, bura- en mistral winden”…Begrijpe wie kan.

De ondergrond van ons lieftallig eiland bestaat voornamelijk uit rots, bedekt door een laagje ‘terra rossa’. Drie maanden zonneschijn bijna zonder enige regen van betekenis doen de rest. Vroeger werden de druiven in oktober geplukt maar de laatste jaren verschuift de pluk door de klimaatsverandering naar eind en zelfs midden september.

Morgen deel 2.

Scroll naar boven