Met de komst van de Sint in het vooruitzicht groeit de spanning bij kinderen en stelt hen daarenboven voor belangrijke keuzes. “Oma, hoeveel mag ik vragen aan de Sint ?”. Op de simpele vragen van die kleine schatten verzinnen wij dan meestal ingewikkelde antwoorden.
“Ja mijn zoeteken, hoeveel mag je vragen en hoe lang kan je je verlanglijstje maken ? Hm… plak op je lijstje enkel een foto van wat je het aller-allerliefste zou krijgen. De Sint, die kent alle kindjes. Hij weet ook veel over jou en zelfs als hij jouw liefste cadeautje niet zou meegebracht hebben, dan heeft hij zeker het speelgoed mee waar hij je even blij mee zal maken. En volgend jaar komt hij terug naar hier hé, bij alle brave kinderen!”
Zo, dat heb ik dan mooi opgelost. Fout gedacht !
“Zoek het eens op met de tablet. Je vindt het bij Ketnet en in de Sintkrant, of bij Dag Sinterklaas en bij Vragen aan de Sint, oma”.
Ik kijk ervan op hoe allerlei Sinterklaasvragen, vragen die al generaties lang vaag beantwoord werden en die het mysterie rond de Heilige levendig hielden, hier zo duidelijk ontraadseld worden.
We vergeten de tijd – en ook een beetje de coronaveilige afstand – als we samen door vele sites en filmpjes surfen. Prachtige creatieve beelden en weetjes zoals: Laat Sinterklaas zijn haar ook knippen? Waarom heeft Sinterklaas een paard ? Is Sinterklaas rijk ? ….
Maar hoeveel cadeaus je aan de Sint mag vragen vinden we niet op het wereldwijde netwerk.
“Kleine sloeber, de computers vinden je vraag veel te moeilijk. Je hebt geluk dat je een oma hebt die nóg slimmer is dan alle computers van de wereld samen”.