Verkoop station Beervelde: de bezoekdag

Bennie
0 reactie(s)
station Beervelde

© Titelfoto & tekst Bennie Vanderpiete

Na jaren van leegstand besloten de Belgische spoorwegen om het station van Beervelde te verkopen. Woensdag 4 december was er de bezoekdag en bieden kan tot 31 januari 2020. Lochristinaar.com ging een kijkje nemen. 

Het was al een tijdje bekend dat de NMBS het station van Beervelde te koop stelde. Vorige woensdag was er een kijkdag. Geïnteresseerden konden, op afspraak, het gebouw bezichtigen. Er was opvallend veel interesse. Niet enkel lokaal, maar ook geïnteresseerden van buiten de gemeente. Zelfs van gezinnen die op zoek waren naar een “woonfunctie”, eventueel later uit te breiden met een klein zaak.

Het station ligt op een perceel van 801,12m², daarvan is 306,08m² bebouwd. Bieden kan nog tot 31 januari 2020, de instelprijs is 180.000 euro. Volgens het gewestplan ligt het gebouw in “landschappelijk waardevolle agrarische gebieden”, het APA spreekt van een “woonzone en zone voor parken” .

Geschiedenis van het station

Het station Beervelde is een spoorwegstation langs spoorlijn 59 Antwerpen-Gent. Het eerste station op die plaats werd gebouwd door de privémaatschappij “Anvers à Gand” bij de opening van de lijn in 1847. Na de overname van de lijn door de Staatsspoorwegen in 1897 bouwde de Belgische Staat er in 1902 een nieuw station, het gebouw zoals we dat nu kennen. De oude naam “Beirvelde”, de tot WOII gangbare spelling, is nog steeds leesbaar op de kopgevel.

Station Beervelde werd voor reizigers gesloten in 1957. Na de elektrificatie van de spoorlijn werd de stopplaats in 1973 heropend. In 1984 - bij de invoering van het IC/IR-plan - werd Station Beervelde opnieuw gesloten om eind 2008 voor de derde keer te openen. De stopplaats is voorzien van parkeergelegenheid voor auto en fiets. De perrons hebben een lengte van 250 meter.

Lochristinaar had in juni al een gesprek met de laatste bewoner van het station. Het leverde een uniek document op met een erg mooie podcast. (link: https://lochristinaar.com/nieuws/het-station-van-beervelde-jeugdherinneringen )

Architecturale kenmerken van het station

Het stationsgebouw staat in de inventaris onroerend erfgoed als bouwkundig erfgoed/bouwkundig relict met zorgplicht. Het gebouw bestaat eigenlijk uit 2 delen: het eigenlijke station en de woning voor de stationschef. Die woning dateert uit 1904. De bouwstijl is die van een typisch eenvoudig plattelandsstation in gele en oranjekleurige baksteen met lichte neotraditionele inslag. Het is een rechthoekig gebouw. De muren krijgen een soort reliëfverdeling in negen traveeën waarvan 3 traveeën met bovenverdieping, namelijk het huis van de stationschef. De zadeldaken zijn flauw hellend en bedekt met pannen. De dakrand is versierd in wit hout.

De woning

Het is verrassend hoe ruim de woning van de stationschef is. Op het gelijkvloers vind je naast een (relatief kleine) woonkamer nog een eetkamer, een klein badkamertje met douche en wasbak, een wasplaats, een piepklein keukentje en een toilet. Op de tussenverdieping een grote slaapkamer en op de eerste etage dan nog eens 3 slaapkamers. Elke slaapkamer heeft een oude schouw met opening waar een (hout- of kolen-)kachel kan aangesloten worden. Aandachtige kijkers zagen al dat op het dak heel wat schouwpijpen uitsteken.  Het stationsgedeelte kreeg een “moderne centrale verwarming”. Het woongedeelte in het oude hoofdgebouw bleef verwarmd worden met kachels. Helemaal boven in de woning nog een hele ruime en een kleinere zolder.

Het stationsgedeelte

De grootste ruimte in het eigenlijke station is uiteraard de wachtzaal met de loketruimte. De wachtzaal was van 2 zijden toegankelijk voor het publiek. De loketruimte had een aparte toegang voor het personeel. Aan de wachtzaal nog 2 ruimtes. Verder in het gebouw nog een aantal technische ruimten met o.m. de elektrische aansluiting en borden, de stookolietank en de verwarmingsketel. Elk van deze ruimten heeft een eigen buitendeur.

Aan de perronzijde ook een heren- en damestoilet, bijgebouwd in 1976. Naast deze WC-ruimten een bijkomende opslagplaats met daarin een grote stapel lichtborden van het station van ...Zeveneken!

Toestand

Het station was – om het met de woorden van de laatste stationchef  te zeggen – “een mooi, sterk en stevig gebouw”. Maar het gebouw staat al geruime tijd leeg en dat is er duidelijk aan te zien. De houtstructuur aan de daken is deels al weggerot. In de schouwen zitten vogelnesten en ook de wasbak ligt vol vuil. De vloer van de kleinste zolder vertoont een gat en het dak dient er gestut.  Deze ruimte konden we beter niet betreden. De (piepkleine) kelder stond onder water. Ramen en deuren vertonen sporen van inbraak en het houtwerk is in abominabele toestand. De sloten zijn veelal kapot. De muren ogen stevig maar isolatie is er niet. Met andere woorden: een erg mooi gebouw, maar er is héél wat werk aan.

Lochristinaar ging met 2 fotograferen voor wat misschien een ultiem bezoek geweest is.  Wie nog eens virtueel wil rondkijken zal plezier beleven aan hun fotoreeksen met een vleugje nostalgie.

(Tekst: Bennie Vanderpiete  & Jean Marie De Baene – Foto’s Bennie Vanderpiete & Annick Gentier)