Naar de keuring

Wat moet dat moet. En wat moet, dat is onder andere met mijn 20 jaar oude VW Kevertje éénmaal per jaar naar de keuring gaan. Noch mijn kever, noch ik zie daar naar uit. We wachten dan ook altijd tot de laatste dag – en soms gaan we zelfs te laat en dan betalen we een boete. Zo gaat dat.

Ook dit jaar weer zagen we het met lede ogen aan. Ik heb de flauwe gewoonte om eerst met mijn Kever naar de garage te gaan, zodat hij een soort "pre-keuring" kan krijgen. Een goede maat van mij moest daarmee lachen: " maar allez" zegt hij " Ga dan eerst naar de keuring. Dan weet ge tenminste wat er scheelt om gekeurd te geraken!" Hij heeft een punt.

Hoe dan ook, een paar dagen geleden stond ik aan te schuiven bij de keuring. Typisch, welke rij ik ook kies, het zal altijd wel de traagste zijn. Nu was het niet anders. De rij naast mij schoof al drie auto's rapper op dan mijn rij. Fin, dat dacht ik, tot bleek dat een flauwe plezante meer vooraan in mijn rij niet altijd opschoof wanneer een auto voor hem de garagepoort in reed. Hij wachtte gemakkelijk 2 à 3 auto's om mee op te schuiven. Ik ben bijna uit mijn auto gestapt om te vragen wat die brave man bezielde want ik heb geen geduld en een half uur lang op dezelfde plaats blijven staan omdat er eentje niet opschuift. Dat is veel gevraagd in mijn geval.

Ik had kunnen een afspraak maken, ik weet het. Dat deed ik niet, ik nam een boekje mee en dacht dat het wel zou meevallen. Dat deed het helemaal niet; het schoof echt niet op.
Ik voelde mijn bloeddruk zo langzaamaan stijgen; het begon wat te bonken in mijn hoofd, ik ben echt niet goed in de wijze kunst van het oefenen van geduld. Bovendien kreeg ik het koud.

Ik schoof op, er was nog maar 1 auto voor mij, het zou nu wel rap gaan. In mijn leven gaan de dingen echter nooit zo simpel. Na een uur aanschuiven, had de iets oudere man van de auto voor mij besloten om even een luchtje te gaan scheppen vooraleer hij de garage in zou rijden. Laat het nu net zo zijn, dat hij de deur achter zich dichtgooide, terwijl zijn sleutels in de wagen lagen. En natuurlijk zat alles netjes op slot. Met als logisch gevolg dat de meneer met de pet niet meer in zijn auto kon en dus niet meer in de garage kon rijden en ook een hele rij auto's achter hem liet wachten, met Ongeduldige Ikke op kop.

Ik kon het gewoon niet aan. De garage stond open en een gesloten auto blokkeerde de weg naar binnen. Ik stapte uit en ging iet of wat gepikeerd vragen of ik dan toch binnen mocht in een andere garagepoort. Dat mocht, oef. Blij blij.

Dat blij blij duurde niet al te lang: ik kreeg een rode kaart. Bleek dat mijn benzinetank los hing, of toch deels. Ik was niet welgezind. En ik volg de raad van mijn maat in het vervolg op: eerst keuring, dan garage voor dat wat mankeert.

In de keuring zeiden ze: " 't Is in principe maar kwestie van een vijzeke." Maar zoals ik al zei; in mijn leven past dat principe niet en ik ben niet goed met vijzekes.

Ik hoop van harte dat mijn Lieve Kever een gepast vijzeke kan vinden zodat we weer goed zijn voor een jaar en dat mijn tank er niet af knalt op weg naar de garage. 't Zou weer moeten lukken.

 

Scroll naar boven